dinsdag 24 januari 2012

crematie en corruptie op één dag



de crematie-gssten
Bij ons vertrek uit de bungalow in Jasi (bij Amlapura) zien we een grote stoet naar een veld langs de weg lopen. “een upacara bakar” zeggen 2 mannen die naast onze auto zaten. “van een orang dasar (een gewoon iemand)” voegen ze er aan toe. Wij gaan kijken en worden, als we aan de kant staan, vriendelijk, maar duidelijk uitgenodigd dichter bij te koemen. Queenie hoort van een vrouw dat het de crematie van haar moeder is, die 4 dagen geleden is overleden.
de overledene onder de witte doek,
haar foto erboven
Het ziet anders uit dan bij ons: niemand huilt. Geen enkel voor ons herkenbaar verdriet. De naaste familieleden staan rond de overledene, die al op de (vrij primitieve) crematie-installatie ligt. Ze kletsen met elkaar en praten door hun mobiele telefoons of spelen wat met hun kinderen. 
een weinig eerbiedig rommeltje
Er is een toespraak door een portable megafoon, een vrouwelijke priester zegent, sprenkelt en doet iets met de neergelegde offertjes. De foto van de overleden vrouw wordt er bij gezet. Dan draaien mannen de kraan van de propaangasflesssen open en steken de installatie aan met de branders aan de slangen. Als het geheel goed brand gaan de meesten al naar huis.
de toren van de draagbaar van een
dode van een hogere kaste
En dat is het dan.
Onderweg zien we, naast een paar tempelfeesten, nog een drietal crematies. Bij een ervan ging het om de cematie van minstens 5 doden. Kennelijk minder ‘gewone mensen’ dan die van vanochtend Jassi, want grote opgebouwde torens stonden er bij en de lichamen lagen in grote bouwsels, die de gedaante van een stier hebben.
de stierekop is nog net niet verbrand
Het is waarschijnlijk een gunstige dag voor crematies; misschien i.v.m. nieuwe maan, denken we.

Wat ook 4 keer gebeurt: we worden 4 x aangehouden door de politie (hiervan dus geen enkele foto!). De eerste keer is het rijbewijscontrole. De agent zoekt iets, want eerst zegt hij dat er geen foto instaat en, als hij die ziet, zegt hij dat het rijbewijs verlopen is. Queenie vertelt hem in bahasa Indonesia, dat de datum is van afgifte. Dan vraagt hij of we al gegeten hebben. “Ja”, zeggen we. En hij: “ik niet!”  als we dan lachend zeggen dat hij dan maar gauw moet gaan eten, komt zijn collega aan het andere raampje melden dat hij graag iets wil drinken! We doen net alsof de diepere zin van deze mededelingen ons ontgaat en alsof we het allemaal erg geestig vinden. Eind van het liedje: we mogen doorrijden. De tweede agent stuurt ons terug als we een eenrichtingsweg in gereden zijn. Hij legt ons uit hoe we terug moeten rijden. De derde betrapt Queenie op het niet om hebben van de veiligheidsgordel. Niets helpt: 500.000 rupia boete (50 Usdollar). De bon die hij uitschrijft, krijgen we niet, maar steekt hij in zijn zak. Joost mag weten wat daar mee gebeurt. Verderop houdt een vierde agent ons aan en beticht Queenie ook van het niet om hebben van de gordel, maar ziet dan dat ze hem wel aan heeft en laat ons gaan.
Zo krijgen we een kijkje in de alledaagse, kleine corruptie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten