zaterdag 31 maart 2012

Tapas



reuzen-sangria's
een van de vele tapasrestaurants
Na ons dagelijkse rondje over de Rambla en een king size sangria gaan we op zoek naar een gezellig tapasrestaurantje.
We vinden er niet zo snel een dat open is in de wijk El Gotic. Waarschijnlijk vanwege de ‘Vaga General’ (= algemene staking) van vandaag. Een aardig meisje loodst ons een typisch Catalaans kroegje in en levert ons al snel de gewenste tapas met een flesje Rioja. Queenie grijpt de kans aan om te vragen hoe je “Casa Batllo” (waar we vandaag geweest zijn) in het Catalaans nu eigenlijk uitspreekt. Het aardige meisje blijkt dat niet te weten!
“Waar kom je dan vandaan?” vragen we.
“I am from Poland”, is het verrassende antwoord. Vervolgens wendt ze zich tot de mevrouw achter de bar om antwoord op onze vraag te kunnen geven. Die schijnt het ook niet goed te weten en roept iets dat lijkt op “Casa Batllo?” naar een oudere dame, die van haar bord opkijkt en terugroept: “carpacio?”. “Nee”, roepen we in koor: “Casa Batllo!”.

onze gezellige tapas-bar
de eigenaresse van de Q-tapas-bar
Dat blijkt eindelijk herkenning op te leveren en de dame wordt enthousiast als we vertellen dat we het geweldig mooi vonden. Ze bedankt ons uitvoerig, gaat haar carpacio verder opeten en vertrekt na het geven van kussen aan de bedienende dames en de inmiddels verschenen kok.
Nu willen we er meer van weten. We vragen de dame achter de bar waarom zij niet weet van Casa Batllo. Zij zegt: “I am from England and he is my husband. He is from Peru”, wijzend naar de kok|.  “En die dame die net vertrokken is”, proberen we dan toch nog, “die is zeker een echte Catalaanse?”.  “Nee, zij is een collega van een ander restaurant, maar dat is dicht vanwege de Vaga general” krijgen we te horen.
Wij kijken terug op een oergezellig avondje in de echte sfeer in een authentieke wijk in het puur Catalaanse Barcelona . . .  
     
de krant van de volgende dag kopte:"de vakbonden dreigen met een  groeiend sociaal conflict"



vrijdag 30 maart 2012

Vaga General



Casa Batllo
Casa Batllo
Vandaag gaan we naar Casa Batllo en Casa Mila (ofwel “La Pedrera”). Allebei door Gaudi ontworpen woonhuizen voor rijke bourgeois Barcelonezen. Immers Gaudi heeft niet alleen de Sagrada Familia ontworpen, maar nog veel meer. 
typische Gaudi-schoorstenen
Barcelona puilt uit van de schitterendste bouwwerken van deze architect. Gaudi was een fervent katholiek (sommigen vinden hem licht godsdienst waanzinnig) en dat zie je overal terug in zijn werk. Je ziet ook overal motieven ontleend aan de natuur, zoals bij alle art nouveau-architecten. Dus pilaren hebben de vorm van plantenstengels, ramen de vorm van schelpen, versieringen zijn altijd bloemen, bladeren, dieren enz.
Casa Batllo heeft een magnifiek interieur, waar functie, constructie en schoonheid perfect samengaan. Een genot om een paar uurtjes in rond te lopen.
stakingsoptocht
Hongerig gingen we op zoek naar een lunch, maar het viel op dat er veel restaurants gesloten waren. Voor ons bezoek aan Casa Batllo hadden we al enkele groepjes demonstranten gezien met borden tegen hervormingen in gezondheidszorg, pensioen en arbeid, maar wij vonden dat het niet veel voorstelde. Snel groeide nu de groten groepen demonstranten aan tot grote massa’s met vlaggen, toeters, bommetjes en spreekkoren. En jawel hoor de ME met loeiende sirenes liet ook niet lang op zich wachten. Wij waren er niet op gekleed en zochten dus iets verder van het gewoel een restaurantje op.
de ME staat klaar
Na de lunch bleek het buiten inmiddels al behoorlijk veel grimmiger te zijn geworden. Casa Mila was gesloten i.v.m. de demonstratie. Het viel ons op dat er wel erg veel gesloten was. Met de Metro naar het park Guell (ook door Gaudi ontworpen) dan maar, dachten we. Maar de Metro bleek niet te rijden.
een demonstrant is gewond
Nu zijn we in de buurt van het hotel maar in een parkje gaan zitten. Inmiddels hebben we wel veel foto’s en video’s van de demonstranten en hun kat en muis spel met de ME.
We hebben een nieuwe term geleerd: “Vaga general” (= algemene staking).   .  . 

donderdag 29 maart 2012

onverwacht

westgevel
oostgevel
Wie naar Barcelona gaat moet zeker naar de Sagrada Familia gaan, het levenswerk van Gaudi, dat al bijna anderhalve eeuw in aanbouw is en maar haal langzaam vordert. Wij waren er al eerder geweest, ongeveer 20 jaar geleden. Toen was er niet veel meer te zien dan anderhalf voltooide gevel van de drie die er volgens Gaudi’s ontwerp moeten komen. De rest was een grote bouwput. Wij waren toen onder de indruk van de gevel, de torens en het idee, maar het interieur was een onmogelijke bouwput. En we dachten, we wachten wel af of die kerk ooit gereed komt. Dan zien we wel verder.
Nu kan je het interieur van de kerk bekijken en die is (voor ons) onverwacht overweldigend mooi, hoog en speels. Met prachtige lichtval, schitterende ramen in een enorme ruimte. We zijn er uren gebleven.
’s Middags poepte onverwachts een meeuw op Peters pet en kleren. Getver. Bracht geluk volgens de ober.
plafond
wenteltrap
Toen we ’s avonds na de tapas door de gotische wijk naar het hotel wandelden stuitten we op een kerk, waar een concert ging beginnen van een flamenco-gitarist. 
Nog even wachten en we konden naar binnen. Geweldige muziek in een prachtige, sobere romaanse kerk. Een derde onverwacht cadeautje aan het eind van de dag.
Pedro Javier Gonzalez










woensdag 28 maart 2012

naar Barcelona


Met de auto van Lattes naar Barcelona is ruim 3 uur. Het onderweg koffiedrinken niet meegerekend.
Voor ons duurde het iets langer. De reis verliep vlot, het was mooi weer en geen verkeersopstoppingen. De tomtom leidde ons regelrecht naar de Placa Augusti, een pleintje vlak het hotel dat we gereserveerd hadden. Tenminste dat dachten we. Ook toen de tomtom ons langs de oostkant van Barcelona en langs de haven rechtsaf stuurde en vervolgens rechtsaf de heuvel op.
Het ging erg steil omhoog en, wat wel een beetje raar was, langs vele grafzerken en kapelletjes. Maar we zagen ook bushaltes en een groepje stille ernstig kijkende mensen. Maar verder niets. Wel raar van die tomtom, dat die je dwars door een kerkhof stuurt, ook al is het de kortste route. En het duurde maar de ene hairpin omhoog na de andere. En steeds meer graven tegen de berg, als een soort flatgebouwen. Het was een enorm groot kerkhof en de route hield op bij een pleintje, waar de graven nog hoger opgebouwd waren. En uit de tomtom klonk het het op zakelijke toon: “bestemming bereikt!”.
“Dacht het niet”, meenden wij.
Er was toch iets niet goed gegaan.
Bleek dat er zowel in de stad als op het enorm uitgestrekte kerkhof een ‘Placa Augusti’ is.
ontbijt"zaal"
Dat was toen ook wel snel gevonden. Het is eeen zijstraatje van Rambla. 
De wijk waar ons goedkope hotelletje in ligt noemen wij “klein Karachi”. Ook het personeel in ons hotel is geheel Pakistaans en is erg vriendelijk. Eentje spreekt zelfs een beetje nederlands. Dat maakt veel goed, want het comfort-niveau is:  ‘bijna basic’.
Vanavond een kijkje nemen op de Rambla.





Morgen naar de Sagrada Familia.   

zondag 25 maart 2012

Die hoffelijke Fransen.





Van vroeger heb ik altijd nog het vooroordeel overgehouden dat Fransen zich behoorlijk onbeschoft gedragen. Vooral in het verkeer. Een veel gehoorde verzuchting van nederlandse vakantiegangers was: “Frankrijk is een heerlijk land, er moesten alleen niet zoveel Fransen wonen”.
Dat vooroordeel zit er zo diep in dat we iedere keer in Frankrijk aangekomeen weer moeten wennen aan het  zeer voorkomende gedrag in het verkeer. Je hoeft maar naar een oversteekplaats te kijken of aan beide kanten van de zebra stoppen er al auto’s voor je. Zelfs als je bij nader inzien toch niet blijkt te willen oversteken, rijdt de automobilist rustig verder, soms met een innemende glimlach. Geen spoor van ergernis, laat staan de in Nederland zo bekende opgestoken middelvinger.
Als we hier fietsen op de openbare weg, heeft men eigenlijk niet zo erg op je gerekend, er is meestal geen fiets pad. Soms wel, maar dat eindigt altijd vrij abrupt, zonder aankondiging en zonder dat duidelijk is hoe en waar je verder kan fietsen. Maar als je op de stoep gaat fietsen vindt iedereen dat heel gewoon. Men gaat ook graag even opzij om je door te laten. Dat gebeurt ook op het grote zeer drukke plein in Montpellier, dat gewoon voetgangersgebied is.
Gisteren fietsten we in een natuurgebied de “Mejean” bij Lattes. Het was heerlijk weer en we zagen ooievaarsnesten met ooievaars er op. Ook ooievaars die in een boom zelf een nest bouwden en niet zoals diverse andere paren op zo’n wagenwiel op een paal. Flamingo’s met massa’s. Soms vloog er een over ons pad, net als de aalscholvers, zilverreigers en koereigers. Erg veel zangvogels ook. Tot we bij een pad kwamen met een hek en een bord “verboden te fietsen”. We maakten ons al klaar om onze fietsen bij het hek te zetten op slot te doen en wandelend verder te gaan. 
Maar dan hadden we niet gerekend op de franse hoffelijkheid. Een oudere heer keek naar ons en besloot dat hij ons deze tegenslag wilde besparen. Hij ging ons onmiddellijk helpen met iets wat we niet van plan waren: hij pakte Peters fiets en begon voor te doen hoe je de fiets met het stuur omhoog en het voorwiel in de lucht door de smalle voetgangersopening in het hek kon manoevreren. Peter zei nog dat hij de fiets hier zou laten, maar dat bracht de man niet op andere gedachten. Vervolgens nam hij de fiets van Queenie over en wurmde die ook door het hek. Ook Queenie riep nog iets van “maar het is verboden”, maar ook dat bracht hem niet op andere gedachten. Op zijn gezicht kwam een tevreden uitdrukking, hij knikte ons bemoedigend toe en wandelde weg. Waarschijnlijk in de overtuiging dat het toch heel aardig van hemzelf was om die aardige, maar een beetje domme toeristen even te helpen.
We hebben daarna even gewacht tot hij goed uit het zicht verdwenen was en onze fietsen aan de andere kant van het hek op slot gezet om vervolgens verder te wandelen. Je wil zo’n man toch niet teleurstellen.
Mooi natuurgebied daar.

vrijdag 23 maart 2012

weer terug in Lattes


We zitten weer op onze oude boot in Lattes.Alles blijkt in orde. Dat lijkt gewoon, maar dat is het deze keer niet.
Van Fred, de onderhoudsman, die onze boot onderhoudt en van tijd tot tijd repareert, is het deze winter ongekend koud geweest. “Minder dan acht graden onder nul”, zegt hij. Volgens Mohamed van de capitainerie, zelfs meer dan elf graden vorst. Hoe dan ook: dit heeft niemand hier ooit meegemaakt. Als Fred niet eigener beweging de afvoer van het koelwater had afgesloten en een paar keer de verwarming had aangezet, zouden we nu met de problemen hebben gezeten.
De hele haven was dichtgevroren en zelfs het riviertje de Lez, dat via Montpellier en ons haventje naar zee stroomt, was dichtgevroren. “Je kon zo oversteken!”. We hoorden ook dat er gefietst werd op het ijs.
Alle palmbomen hebben bruine bladeren. Ze moeten allemaal gesnoeid worden om te overleven. In de krant lazen we dat er 150 flamingo’s zijn doodgevroren.

En dat nadat, op onze vraag bij vertrek in oktober of we nog voorzorgen voor de vorst moest treffen, Fred gezegd had: “Nee dat is hier niet nodig”. 

In tussen staan de kranten bol van de moordpartij in Toulouse. Overal de zelfde foto in Franse en Nederlandse kranten; die van de leerlingen van de joodse school. Veel aandacht voor de inspanningen van de politie om de dader te pakken. En Marine Le Pen had het “altijd al gezegd”. Je zou bijna denken dat ze er blij mee is.